Heeft u me al gemist? Geen wonder, want ik ben heerlijk knuffelbaar en aaibaar, heel licht en onweerstaanbaar zacht. En als het echt koud wordt, sta ik garant voor behaaglijke warmte. Wie kan dat weerstaan? Ik ben een kasjmiervezel en vandaag neem ik u mee naar mijn thuis.

Kasjmiervezel: “Mijn thuis”
Ik ben geboren en getogen op een kleine boerderij op de Alashan-vlakte in de uitgestrekte steppen van Noordwest-China, in het noordwesten van Binnen-Mongolië. Ik woon hier met mijn broers, zussen en vrienden, met een prachtig uitzicht op brede heuvels die zachtjes deinen tegen een eindeloze horizon. Sommigen van ons zijn geboren in de winter. Dat is een zware tijd op de steppe. Het is hier ijskoud, de lucht is helderblauw en een dichte witte deken ligt over het landschap. Dus het komt goed uit dat ik voor wat aangename warmte kan zorgen. Te veel warmte is echter ook niet goed. Daarom word ik na een jaar voor het eerst gekamd en geschoren. De geiten zijn dan nog echte jonkies en hun haar is heel, heel fijn, een echte schat.

In de volgende jaren van hun leven zijn de geiten altijd blij als hun dikke vacht op tijd is uitgedund voor de gloeiend hete zomer. Dit gebeurt altijd in mei, wanneer de uitgestrekte steppen zich hullen in het eerste weelderige groen van het jaar. Voor de boeren is dit het hoogtepunt van het jaar. Bekwame handen bevrijden me zorgvuldig en voorzichtig uit de vacht van de geiten. In tegenstelling tot mijn verwanten, de schapen, blijft er nog veel vacht over op de geit. Ik ben namelijk de fijne ondervacht die niet nodig is in de zomer. De opbrengst neemt van jaar tot jaar toe, tot ongeveer een kilo, totdat deze vanaf het vijfde levensjaar van de geit langzaam afneemt.
Kasjmiervezel: “Mijn reis begint
Samen met alle andere vezels word ik in grote balen gebonden en wacht ik op mijn lange reis. In mei, maar op z’n laatst in oktober, begint mijn grote, spannende avontuur.
Ik word naar grote installaties gebracht waar ik zorgvuldig met de hand word schoongemaakt om stenen, takjes en andere onzuiverheden te verwijderen. Dan word ik verschillende keren gewassen en gedroogd.

Nu ben ik natuurlijk wit en klaar voor mijn grote moment: ik word onderscheiden. Een onschadelijke stof dient als een marker. Ik ben dan ook niet zomaar kasjmier. Nee, ik ben premium kasjmier, exclusief voor PETER HAHN, en ik krijg het kwaliteitskeurmerk ‘The Good Cashmere Standard’. Dan mag ik mezelf presenteren in al mijn zuiverheid. Ik word nauwkeurig onderzocht, zelfs gecontroleerd onder uv-licht en getest op echtheid en zuiverheid onder een rasterelektronenmicroscoop.
In ons bericht “The Good Cashmere Standard” wij nemen samen met u een kijkje achter de schermen van dit dierenwelzijnskeurmerk en vertellen u meer over de strenge eisen waaraan voldaan moet worden voordat kasjmierwol dit bijzondere keurmerk mag dragen.

Rustpauze
Normaliter ben ik nu al 5-10 dagen onderweg. Tijd voor een pauze. Ik ben nu ruw materiaal en mag uitrusten in een goed geklimatiseerde hal met mijn vrienden. Binnenkort word ik gecontroleerd en dan zal beslist worden wat er van mij zal worden gemaakt. Misschien een warme, knuffelzachte trui? Of een donzige sjaal die zachtjes tegen een gezicht nestelt? Ik ben nu al erg nieuwsgierig.


Alles wordt kleurrijk
Ik ben met vlag en wimpel geslaagd voor de test. Ik ben tenslotte het mooiste natuurlijke materiaal ter wereld. Als premium kasjmier, krijg ik nu een nieuwe kleur, want altijd gewoon natuurlijk wit is wel erg saai. Maar het is niet gemakkelijk om de juiste kleur voor mij te vinden. Het vergt een lange tijd van proberen, onderzoeken en bijwerken tot de perfecte kleur is gevonden. Dat kan een hele dag duren voor elke kleur. Maar het proces van het vinden van de juiste kleur is nog niet klaar. Nu ben ik gedroogd, tot garen gesponnen en gebreid tot een proeflapje, een zogenaamde ‘swatch’. Pas dan kan men zien of ik de optimale kleur heb. Zo niet, dan is het terug naar de verfpot. Dan moet het kleurrecept worden veranderd en begint alles weer van voren af aan.

De beslissing is genomen: ik word kersenrood. Dat is wat ik altijd heb gewild. Nu kom ik in een grote ketel terecht en word ik voorzichtig geverfd, onder voortdurend roeren. Wow, ik word duizelig. Het is maar goed dat ik daarna langzaam mag drogen bij een aangename 67 °C. Eigenlijk zijn wij met rode kasjmiervlokken onder elkaar, maar soms worden wij vermengd met andere gekleurde vlokken om een melangekleur te creëren. Als we onder zware druk worden rondgedraaid, gaat het vrij soepel. Nu verdien ik echt een pauze voordat ik naar de spinnerij ga.

Kasjmiervezel: “Ik word garen“
Ik ben nog steeds zacht en donzig, maar voordat ik een knusse trui kan worden, moet ik eerst tot garen gesponnen worden. Dit begint met een kaardmachine. Deze heeft borstelachtige rollers en is niet bepaald zacht voor me. Mijn vezels worden geleidelijk rechtgetrokken, gladgestreken en parallel uitgelijnd. Uiteindelijk ben ik een fijn vlies geworden. Nu kan het draaien beginnen.
In de spinnerij word ik geleidelijk op ontelbare rollen op grote machines tot steeds sterker garen gesponnen en uiteindelijk op klosjes gewikkeld. Het vlies wordt eenvoudig garen, ook wel 1-ply genoemd. Nu word ik getwijnd met een andere klos garen en worden we 2-ply. Van 2-ply garen kunnen al prachtige items worden gemaakt, maar als ik een mooie, knuffelige, donzige trui wil worden, dan moet ik samenwerken met vele andere klossen. Dan is tot 10-ply mogelijk.


Wordt er van mij eindelijk een mooie rode trui gebreid? Nog niet. Terwijl de ontwerpers bij PETER HAHN hun creatieve ideeën presenteren en maattabellen voor de breimachines opstellen, moet ik eerst mijn volgende test doorstaan: de pilling-test. Als ik een premium trui wil worden, mag ik niet zoveel pillen. Maar aan mij ligt het niet. Mijn lange vezels zijn zeker een zeer goede bescherming tegen pilling, maar als de draden niet strak genoeg getwijnd zijn, kan het toch gebeuren. Om dit zoveel mogelijk uit te sluiten, word ik gedurende twee uur getest bij 7.200 omwentelingen in een pillingbox. Wat moet, dat moet.
Kasjmiervezel: “Ik word een prachtige trui“
Ik heb het gehaald en ook de ontwerpers van PETER HAHN zijn op tijd klaar met hun voorbereidingen. Eindelijk is mijn grote dag aangebroken: ik word een prachtige, kersenrode trui. In een moderne breimachine worden er eerst twee mouwen en een voor- en rugpand van mij gemaakt. Dan komt het moeilijkste deel: de vier stukken worden met de hand aan elkaar gezet, steek voor steek, door een speciaal opgeleide deskundige met veel ervaring. Je hebt er goede ogen, veel geduld en een zeer vaste hand voor nodig.

Onderstaand: Het vinden van goed personeel dat de kleding in elkaar kan zetten is niet gemakkelijk. Het werk is zeer veeleisend en vergt veel vaardigheid en oefening.
Ik in de schoonheidssalon: wassen, drogen, liggen
Klaar! Nu ben ik een prachtige, knuffelzachte kasjmiertrui. Ik kijk echt uit naar het moment dat degene die mij draagt me liefdevol streelt en me met een glimlach aantrekt. Maar voor dat gebeurt, ga ik naar een kuuroord om te ontspannen. Ik word gewassen, voorzichtig gedroogd en gestreken, zodat ik al mijn zachtheid kan ontplooien. Dan krijg ik mijn kwaliteitszegel, mijn etiket en mijn label ingenaaid. Op die manier weet mijn nieuwe eigenaar precies waar ik vandaan kom en hoe ik verzorgd wil worden. Daarna is het tijd voor de eindcontrole: mijn maten, naden en steken worden nog een laatste keer gecontroleerd. Geen probleem voor mij. Ik ben gewoon superpremium en slaag met vlag en wimpel voor mijn test.

Nu ontbreekt er nog maar één ding: ik word zorgvuldig en liefdevol ingepakt en op de lange reis naar Winterbach gestuurd. Winterbach ligt in Baden-Württemberg, direct aan de wijnroute van Württemberg, aan de rand van de Schwäbische Alb. Er is hier veel groen, de natuur is prachtig, de winters bitter koud en de zomers heet, bijna zo heet als in mijn vaderland, Mongolië. Het enige wat ik erg mis, is de wijde horizon. De hoge bergen met hun dichte bossen verbergen hem goed. Maar wie weet: misschien laat mijn nieuwe eigenaar me op een dag de zee zien. Of zal ze me dragen naar de hoogste bergtoppen. Dan kan ik mijn horizon daar weer zien. In ruil zal ik mijn eigenaar vele jaren van warmte, geluk en geborgenheid geven. Een mooi leven.